Parkhuis, zetel voor de deputatie

Antwerpen

Opdrachtgever Provincie Antwerpen
Periode 2011 - 2013
Status uitgevoerd
Omschrijving

Van Hotel Good-Engels tot gouverneurshotel

In 1896 laat reder Charles Good een statig herenhuis in neorégencestijl bouwen aan de Warandestraat, later de Koningin Elisabethlei, in Antwerpen. Het huis wordt bekend als Hotel Good-Engels en is een ontwerp van de architect Joseph Hertogs (1861-1930).

Na het overlijden van Charles Good blijft het gebouw met omliggend domein eigendom van de familie. Maar wanneer de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog de woning samen met de aanpalende hotels opeisen, verliest de familie haar eigendom. Na de oorlog wordt de provincie in 1950 eigenaar van hotel Good-Engels en brengt er tijdelijk het kabinet van de gouverneur onder. In 1974 kan de stad Antwerpen het gebouw nog redden van de sloophamer. Het wordt vervolgens ingericht als krijgsauditoraat en later als jeugdrechtbank.

In afwachting van de nieuwe provincietoren zijn de gedeputeerden en de gouverneur van de provincie Antwerpen sinds 10 juli 2013 opnieuw ingetrokken in dit prachtige herenhuis.

Analyse

Hoewel het oorspronkelijke interieur in de periode 1974-1976 zo goed als volledig ontmanteld werd, zijn op het gelijkvloers toch een aantal waardevolle interieurelementen bewaard gebleven. Het betreft enerzijds het 19de-eeuwse decor met marmeren trappen, stucwerkdecoratie en het oorspronkelijke schrijnwerk van de toegangstrap en de aansluitende kleine hal, en anderzijds het originele stucwerkplafond van de grote centrale hal. Voor het overige bleef op het gelijkvloers, alsook op de eerste verdieping, enkel de 19de-eeuwse planindeling behouden.

De erfgoedwaarde van het gebouw in het algemeen en de bewaarde 19de-eeuwse planindeling vormden het vertrekpunt bij de herinrichting. Het nieuwe interieur had als doel de verschillende ruimtes opnieuw sfeervol te maken en uitstraling te geven.

Restauratie en herbestemming

Het volledige gebouw werd heringericht en opgewaardeerd met een streven naar een grote stijleenheid en harmonie en naar een aangepaste stijl. In het interieur werd gezocht naar historische aanknopingspunten voor het nieuwe ontwerp.

Het kiezen voor eenheid uitte zich onder meer in de keuzes van de materialen en de kleuren. We kozen voor strokenparket, schilderwerk in neutrale tinten, vlakken plafonds met 19de-eeuwse geïnspireerde kooflijsten en spots om kunstwerken en meubelair aan te stralen. De detaillering van nieuwe plafonds, kooflijsten en plinten werd zodanig uitgewerkt dat de benodigde openingen en spleten voor de technische installaties subtiel werden weggewerkt.

Bij de laatste verbouwing omstreeks 1983 werd ook de oorspronkelijke trappenhal (centraal aan de achterzijde van het gebouw, naast het terras) verwijderd. De manier waarop toen op die plaats bureauruimtes werden ingericht en de consequenties hiervan op zowel de beleving van het exterieur als het interieur waren erg ongelukkig. Deze ingreep werd bij deze verbouwing ongedaan gemaakt. De trap werd niet terug geplaatst maar door gebruik van glas werd wel de ruimtelijkheid en natuurlijke lichtinval hersteld.

In samenwerking met

het architectenteam van 8 office architects uit Kontich en het bouwkundig studiebureau Arcade uit Antwerpen.